Snellere opwarming in Nederland

Volgens het KNMI moeten we rekening houden met natte winters, droge en hete zomers, en vaker extreem weer. Hoewel deze veranderingen niet van de ene dag op de andere plaatsvinden, zullen ze richting 2100 steeds duidelijker worden. Nederland warmt sneller op dan het wereldgemiddelde. In het meest pessimistische scenario kan de temperatuur tegen 2100 met 6 graden Celsius stijgen ten opzichte van de twintigste eeuw. Zelfs in het gunstigste geval kan het land 2,5 graden warmer worden. Dit kan leiden tot hittegolven met temperaturen tot wel 45 graden.

Klimaatadaptie

Om Nederland leefbaar en toekomstbestendig te houden, is tijdige aanpassing noodzakelijk. Wetenschappers van onder andere het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), KNMI, Deltares en Wageningen University & Research benadrukken dit in een recent rapport. Ze roepen op tot meer aandacht voor klimaatadaptatie in beleidsvorming, vooral in sectoren zoals ruimtelijke ordening, woningbouw, landbouw en natuurbeheer. Klimaatadaptatie houdt in dat we ons aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering. Dit gaat verder dan alleen het verminderen van uitstoot (mitigatie). Voorbeelden zijn het verhogen en versterken van dijken, hitteplannen voor steden, en waterbesparing tijdens droge periodes.

Huidige klimaatrisico's

De effecten van klimaatverandering zijn al zichtbaar in Nederland. Kwetsbare groepen zoals ouderen, chronisch zieken en mensen met een lager inkomen lopen extra risico. Een duidelijk voorbeeld is de hittegolf in de zomer van 2019, waarbij vierhonderd mensen meer dan normaal stierven. Ook de overstromingen in Limburg veroorzaakten aanzienlijke schade. Droogte en hitte hebben negatieve gevolgen voor de natuur, biodiversiteit en landbouw. Ze bedreigen ook de beschikbaarheid van (drink)water in de zomer en zetten infrastructuur, gebouwen en het elektriciteitsnet onder druk.

Versnelling van beleid nodig?

Hoewel het nog niet te laat is om ons voor te bereiden, dringen wetenschappers aan op een versnelling van het huidige beleid, zoals het Deltaprogramma. De overheid moet de regie nemen en zorgen dat adaptatie een centrale rol speelt in nieuwe beleidsmaatregelen. Dit omvat bijvoorbeeld nadenken over bouwen in laaggelegen gebieden, aanpassen van landbouwgewassen, en hittebestendig maken van woningen in steden. Zelfs de invoering van een siësta in warme periodes wordt overwogen.

Download PBL rapport

Bron: PBL, KNMI

  • Jouw feedback
  • 0   0

Geef een reactie